Conclusies
In opdracht van de gemeente Rotterdam heeft Royal HaskoningDHV een verkeersstudie uitgevoerd naar het vernieuwde Hofplein. De verkeersstudie bestaat uit twee delen:
-
Microsimulatiestudie met VISSIM en VISWALK waarbij drie basisvarianten en twaalf subvarianten verkeerskundig gezien onderzocht zijn.
-
Verkeersveiligheidsbeschouwing van drie basisvarianten.
De volgende conclusies zijn hieruit te trekken:
-
Variant 1 (V1A als geoptimaliseerde variant) heeft de meeste afwikkelingscapaciteit (met de minste verliestijden) gevolgd door variant 2 en variant 3 (V3A als geoptimaliseerde variant). Varianten 1 en 2 scoren nog redelijk vergelijkbaar. Variant 3A geeft in de avondspits tot zo’n 40% meer VVU’s dan variant 1A.
-
Om de verkeersafwikkeling van het nieuwe Hofplein (en omliggende kruispunten) op vergelijkbaar niveau te krijgen als de huidige situatie moet de intensiteit voor het gemotoriseerde verkeer bijna halveren.
-
De simulaties (varianten V3G, V3H en V3I) tonen ook aan dat beperkte wijzigingen in de verkeersstromen grote gevolgen kunnen hebben voor de verkeersafwikkeling en daarmee wachtrijvorming tot gevolg. De grote fietsstromen (vooral aan de oostzijde van het Hofplein) zijn de voornaamste redenen dat de afwikkeling voor het gemotoriseerde verkeer stagneert.
-
Variant 3 lijkt het meest (verkeers)veilig en variant 1 lijkt het minst veilig. Het aantal conflictpunten is in variant 3 namelijk het laagst. Dit komt mede omdat bij een anderhalfstrooksplein de kans op afdekongevallen en flankongevallen aanzienlijk kleiner wordt. De kans op kopstaartongevallen is in alle varianten groot.
-
Het aantal potentiële conflictpunten is echter in alle varianten hoog en dat kan leiden tot onveilig verkeersgedrag. In hoeverre variant 3 voldoende veiligheid biedt kan echter niet gesteld worden. De rijtaakbelasting voor bestuurders van gemotoriseerd verkeer is met het vernieuwde Hofplein sowieso zwaarder dan de huidige situatie. Of de rijtaakbelasting mogelijk te zwaar is valt ook niet te zeggen. Bij variant 3 geldt dat de lagere afwikkelingscapaciteit kan leiden tot langere wachtrijen, waardoor er grotere risico’s (accepteren van (te) kleine hiaten) kunnen ontstaan.
-
Voor tram, fietsers en voetgangers levert het vernieuwde Hofplein voordelen op. De verkeersafwikkeling wordt beter dan de huidige situatie. Dit komt omdat trams prioriteit kunnen krijgen en dat fietsers en voetgangers voorrang hebben op het gemotoriseerde verkeer.
-
Een korte bocht voor de tram, één tramhalte Weena (mits ruimte voor twee trams achter elkaar) draagt bij aan een verdere verbetering van de doorstroming van de tram.
-
Een knip in de Kruiskade, waarbij het verkeer via de Karel Doormanstraat moet rijden, blijkt negatief uit te pakken. Dit komt vooral doordat er op Weena een knelpunt ontstaat bij VRI 12080 die in westelijke rijrichting leidt tot blokkade van het Hofplein.
-
Voor het gemotoriseerde verkeer en de bussen levert het vernieuwde Hofplein nadelen op. De intensiteit moet fors verlaagd (minimaal 40%) worden om op vergelijkbaar niveau te komen als de huidige situatie. Een belangrijke vraag die gesteld moet worden is in hoeverre dit haalbaar is.
-
In het studiegebied geven de met verkeerslichten geregelde kruispunten Weena – Karel Doormanstraat – Delftse Poort (VRI 12070) en Coolsingel – Meent – Aert van Nesstraat (VRI 11090) met de huidige vormgeving een afwikkelingsprobleem. Deze problemen zorgen echter wel voor een natuurlijke dosering voor het verkeer dat via het Hofplein wil rijden.
-
De VRI’s Weena – Lijnbaan (VRI 12080) en Pompenburg – Haagseveer – Couwenburg (VRI 11010) zorgen (stroomafwaarts van het Hofplein) tot afwikkelingsproblemen die kunnen leiden tot blokkade van het Hofplein.